Wie heeft niet momenten of zelfs tijden dat je het gevoel heb dat je er alleen voor staat. Bij de mens is hyperthemesia een aandoening waardoor je niets kan vergeten. Dat is psychisch bijna ondragelijk. In deze dienst zullen horen, uit drie verschillende perspectieven dat God je onmogelijk kan vergeten. Dat is geen aandoening, maar goddelijke perfectie. Laat je bemoedigen met deze woorden: Kan een vrouw haar zuigeling vergeten, zich niet ontfermen over het kind van haar schoot? Zelfs al zouden die het vergeten, Ík zal u niet vergeten. Zie, Ik heb u in beide handpalmen gegraveerd, uw muren zijn steeds vóór Mij.’
Opname en Disclaimer
Deze preek kunt u tijdelijk terugluisteren of -kijken via deze link. Na verloop van tijd zal deze automatisch worden overschreven. Onderstaande preek is een preekschets. Deze kan afwijken van de opname, doordat de preek niet wordt voorgelezen, maar als leidraad geldt en tijdens de dienst wordt afgestemd op reacties voor of tijdens de dienst of als de Heilige Geest het anders leidt. Deze opname mag onverkort vrij worden verspreid, mits dit van te voren is gemeld en wordt verwezen naar www.GeopendeDeur.online
Zingen: De Schuilplaats (Psalm 91)
{youtube}https://youtu.be/kvvxvGK7Uso{/youtube}
Schriftlezing
{tip id=”258″}Psalm 77{/tip} >>>
Preek: Onvergetelijk
Kan een vrouw haar zuigeling vergeten, zich niet ontfermen over het kind van haar schoot? Zelfs al zouden die het vergeten, Ík zal u niet vergeten. Zie, Ik heb u in beide handpalmen gegraveerd, uw muren zijn steeds vóór Mij.’ Jesaja 49:15-16
Inleiding
Zijn er van die momenten in je leven dat je afvraag: Waar is God? Is God mijn vergeten? Zijn naam is Ik ben en Ik zal er Zijn. Toch voelt dat niet zo op sommige momenten van het leven. Bij de psalmen is David het meest geliefd. Maar ik geef eerlijk gezegd mijn voorkeur aan Asaf. Asaf zegt wat hij denkt en niet alleen wat hij zou moeten denken. Daardoor kijk je hem meer recht in het hart en is het voor mij makkelijker mij in hem te herkennen. Zo ook in Psalm 77, waar hij zegt: Zou de Heere dan in alle eeuwigheid verstoten en voortaan niet meer goedgezind zijn? Houdt Zijn goedertierenheid voor altijd op? Komt aan Zijn toezegging een einde, van generatie op generatie? Heeft God vergeten genadig te zijn? Of heeft Hij Zijn barmhartigheid door toorn afgesloten? Dit kwetst mij!
Net als David zijn wij als christenen vaak geneigd te zeggen wat we zouden moeten zeggen. Daar is ook niks mis mee en ik bekritiseer David niet. Maar soms moeten we eerst eerlijk bij ons gevoel komen, voordat we beseffen wat we nodig hebben. Christenen vertellen mij nog wel eens dat ik niet mag zeggen dat ik pijn heb, dat ik ziek ben of dat ik mij verloren voel. Ik heb het idee dat steeds sterker de gedachten wordt nagepraat: ‚Wat je zegt, roep je over jezelf af‘. Alsof je door eerlijk te zijn een vloek over jezelf uitspreekt. Die bewering wordt ook gedaan door sprekers van groot publiek als TV-predikanten en bekende sprekers van massakerken. Psychologisch is het een redelijke bewering. Het is echter een gevaarlijke tendens dat predikers steeds meer psychologie aan het beoefenen zijn en daar Gods Woord op gaan inpassen, in plaats van de psychologie af te stemmen op Gods Woord. Ik zeg niet dat ze dit opzettelijk doen en ik zeg ook niet dat dit op veel mensen geen goed effect kan hebben. Maar dit is niet naar de Schrift. We moeten Gods Woord eerst laten spreken en dan pas zelf gaan nadenken. Kijk naar de psalmen en je zult zien dat dit niet de weg is. God wil een eerlijke geest gewaarworden.Context
Jesaja schetst hier het beeld van een situatie waarin God troost en genade heeft geschonken. Er is alle reden tot vreugde. Echter men is te depressief en ziet niet meer wat God doet. Het volk loopt naar de punten van hun schoenen te staren, terwijl ze hun tranen de vrije loop laten gaan. Ze voelen zich door God in de steek gelaten. God loopt naast hen en in alle respect is God in een vrolijke bui en roept hen toe: Juich hemelen! Wees blij aarde! Bergen barst uit in daverend gejuich! Ik heb jullie getroost en Ik heb naar jullie omgekeken!
Maar Israel is in depressie gestort. Ze horen niet dat God vrolijk tot hen spreekt. Maar compleet depri komt het er uit: De HEERE heeft mij verlaten en de Heere heeft mij vergeten. Bewust of onbewust refereert de teneergeslagen persoon aan Gods verbondsnaam: Ik ben er voor je en Ik zal er voor je zijn. Je kan zo teneergeslagen zijn dat je gaat twijfelen of dit wel waar is. Het is bijvoorbeeld een Bijbelse waarheid dat de HEERE kracht naar kruis geeft. Paulus schrijft: God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan . Geloof mij maar dat ik God echt wel eens voor de voeten heb gegooid dat dit niet waar is. En dit bedrukte volk gooit het nu God ook voor de voeten: De Heere heeft mij in de steek gelaten! Proef je de bitterheid in die woorden? Herken je jezelf er in? Als het het antwoord ‚nee‘ is, ben je een hypocriet of een bovennatuurlijk begenadigd mens. Maar ik vrees dat het dan wel het eerste is. En dat is het mooie aan Gods Woord, je zult gegarandeerd herkenning vinden in Gods Woord ongeacht je emotionele of rationele staat. Dat bespreken we vanmiddag aan de hand van 3 voorbeelden:1. De Zuigeling
Jesaja – nee, God zelf – vergelijkt het met een moeder die een kind onder de 3 heeft en deze borstvoeding geeft. God zegt: Kan jij je voorstellen dat een zogende moeder haar kind zal vergeten? En deze vraag kan je op drie manieren vertalen. Je kunt ook de volgende vragen lezen: Zou een moeder haar kleine kind negeren? Gewoon blijvend blijven doen of het kind niet bestaat? Zou een moeder haar kind minachten? En dat element van een moeder die borstvoeding geeft is relevant. Want als moeder zit je vast wel eens een tijd in gesprek en opeens denk je: O, ik had mijn kind uit bed moeten halen! En als een baby te veel huilt, moet je er soms echt voor kiezen om je kind te negeren, zodat het gaat slapen of spelen. Maar dat is niet wat hier wordt bedoeld. Het gaat hier om een moeder die weet dat haar baby ligt te huilen omdat het honger heeft. Maar ze negeert hem. Hoe hartverscheurend het kindje ook huilt, ze doet alsof hij lucht is. Of het gaat hier over een moeder die een baby in het ledikantje heeft liggen, haar koffers vult en lekker een hotelletje pakt, terwijl ze het kind achterlaat. Zou een moeder stomweg haar kind dood laten gaan? Dit zien we nog wel eens gebeuren bij moeders met een verslaving. We praten hier dus niet een over een moeder die 2 uur te laat bedenkt dat haar kind de borst had moeten hebben gehad. Moeders zullen ook weten dat dit niet mogelijk is. Want als je niet tijdig borstvoeding geef, gaan je borsten pijn doen. En als een baby ligt te huilen om voedsel, schieten je borsten spontaan toe. Dit oerinstinct is zo sterk zelfs dat je kunt toeschieten als andermans baby ligt te huilen om de borst of zijn flesje. Je kind zo vergeten is eigenlijk dus al onmogelijk.
2. De Handen
2a. Littekens
En nu zegt God tegen je: Ook al zou zij het kunnen vergeten, Ik kan je niet vergeten! In je depressie komt toch de gedachten op: Ja, dat heb ik vaker gehoord en het tegendeel is gebleken. Weet je wat zo mooi is aan deze tekst. God raakt niet geïrriteerd omdat je tegenstribbelt en Zijn liefde negeert. Hij zegt niet: Nou heb ik zo’n overtuigend beeld gebruikt, hoe kan je dan nog aan mij twijfelen? God loopt dan niet geïrriteerd weg en zegt: ‚Zoek het dan lekker zelf uit, ik blijf niet tegen je praten.‘ Nee, ik lees in Zijn Woord: Heel de dag heb Ik Mijn handen uitgebreid naar een ongehoorzaam en tegensprekend volk The only scars in Heaven, they won’t belong to me and you. Is that the only scars in Heaven are on the hands that hold you now. Zo kan God, zo kan onze Heere Jezus Christus, de naam van elk van Zijn kinderen onmogelijk vergeten. Deze littekens staan niet alleen in Zijn huid, maar zal ook Zijn botten hebben beschadigd. Graveren doe je in hard materiaal, je verpulver het harde materiaal laagje voor laagje. Zo worden botten inderdaad gegraveerd. En waar bot weg is, blijft altijd pijnlijk. Als het koud of warm is, zal je een zwaar litteken voelen. Hij zal bij je zijn. Als je denkt dat Hij er niet is, ben je als een meisje dat in de winkelstraat snikkend midden op de straat te huilen: ‚Ik ben mijn papa kwijt‘. Totdat opeens die zo vertrouwde handen troostend op haar schouders rusten en ze beseft dat ze alleen maar de verkeerde kant op keek.
. God kent Zijn pappenheimers wel, hoor. Sorry, hierin begrijp ik God geeneens. Ik kan opvliegerig zijn, maar in het algemeen vinden mensen mij erg geduldig. Maar ik kan je wel vertellen dat ik niet de hele dag mijn handen naar mijn kinderen uitstrek en blijf zeggen: Kom maar bij papa! Na een tijdje ga ik op zijn minst over op de orde van de dag of ik raak lichtelijk geïrriteerd en heb zoiets van: Dan bekijk je het maar weer even. Maar onze God zegt zelf dat Hij de hele dag met uitgestoken handen blijft staan te wachten tot je naar Hem toekomt! Dat verzin ik niet, dat verteld God jou vandaag zelf. Als de boodschap dan niet binnenkomt, probeert Hij het je op een andere manier duidelijk te maken. Als dat beeld van een zuigeling niet binnenkomt, dan komt Hij met een ander beeld, dat de meeste gelovigen letterlijk kunnen citeren: ‚Ik heb u in mijn beide handpalmen gegraveerd‘. Een tekst die meer dan eens krachtig in mijn leven zijn werk heeft gedaan. Even als de depressieve gelovige in de tekst liep ik `s avonds laat op zondag uit de kerk vandaan naar huis. Ik weet nog dat er een behoorlijk pak sneeuw lag. De preek was gegaan over de verstoten koning Saul. Ik voelde mij ellendig en vreesde dat God mij ook had verstoten. Een gedachte die vaker in mij opkomt. Ik stond daar in de sneeuw te huilen tot God en smeekte Hem 1x te zeggen dat Hij mij liefhad. Ik had het nauwelijks uitgeroepen tot God toen klonk ‚Ik heb u in Mijn beide handpalmen gegraveerd‘. Eerlijk gezegd durf ik geeneens met zekerheid te zeggen of het een hoorbare stem was of dat het alleen in mijn hart klonk. Ik wist echter wel wie er sprak. Op dat moment denk je daar niet over na, maar los hiervan heb ik het altijd een wat vreemde uitdrukking gevonden. Want graveren doe je in hard materiaal. Het Hebreeuwse woord kan je als graveren vertalen, maar ook als gesneden, gebrand of afgebeeld. In Afrika gebeurt het nog steeds wel dat ze bewust in de huid diep snijden of te branden, zodat er littekens in een bepaald patroon ontstaat. Als het ware zegt God zo tot Israel: In Mijn handen staat jouw naar: Israel. En zoals jullie weten ben ik fel tegenstander van het toe-eigenen van Gods woorden die aan Israel zijn gericht. Hier is genoeg ellende en dwaling door in de kerk gekomen in de afgelopen eeuwen. Waarom ik deze belofte wel durf aan te nemen als persoonlijk, is omdat Jezus zelf heeft gezegd dat niemand ze uit Mijn hand kan rukken . Het is goed om te weten dat er letterlijk wordt gesproken over ‚de holte‘ en dat kan de palm van je hand zijn, maar ook van je voet. Wie wel eens een diepe snee in zijn voetzool heeft gehad, weet dat dit elke stap die je doet pijn doet. Je kan het niet ontzien, want in je voet zitten de meeste botjes van je hele lichaam. Er zijn zoveel bewegingspunten in je voet dat er een continue kromming en samentrekking is, waardoor je huid plooit of rekt. Daardoor wil het ook bijna niet genezen, omdat het continu de wond opentrekt. Er is geen plek op je lichaam dat zo gevoelig is voor infectie als je voeten. Dit geldt ook voor een groot deel voor je hand. Daarmee vergelijkt God de zekerheid dat Hij je niet kan vergeten. Elke stap, ja elke beweging, herinnert Hem er aan Zijn kind. Hoe logisch het ook klinkt, zo belangrijk is het ook, een snee in je handpalm of voetzool, kan zich er niets van aantrekken, hoe goed of fout jij je hebt gedragen. Die snee trekt zich niks aan van wat de staat van jouw geloof is. God zegt dat er met een brandijzer of een scherp mes in Zijn voet gekerfd en gebrandmerkt staat: John, Linda, Gideon. Zodra God 1 stap zet, denkt Hij aan jou. Als God Zijn hand zegenend uitstrekt trekt de brandwond of springt de snee in Zijn hand open. Zodra Zijn vuist balt naar je vijanden, snijd jouw naam in Zijn gedachten. Als Hij de tranen van je ogen afveegt brand het zout in de wonden. Jesaja wist niet hoe later in de handen en voeten van de Middelaar nagels zouden worden gedreven. Misschien herinner je van Goede Vrijdag het plaatje nog wel van die grote vierkante spijkers. Hij zou daar aan Golgatha’s kruis hangen met de nagels door Zijn handen. Door het hangen moeten die wonden wel zijn uitgescheurd totdat met helse pijn op Zijn gewrichten zijn gestuit. Casting Crowns zingt in een van hun meest recente nummers:2b. De Tatoeage
Er ligt mogelijk zelfs een heel nederig beeld in opgesloten. Om te voorkomen dat een buitenlandse slaaf wegliep of door de taalbarrière niet de weg kon vragen naar zijn meesters huis, tatoeëerde ze de naam van de meester in de handpalm van de slaaf. Nu zeg je misschien dat is wat grof om God te vergelijken met een slaaf, die jouw naam in Zijn handpalm zou hebben staan, alsof jij Gods meester zou zijn. Als je dat laatste zou bedoelen uit disrespect, inderdaad dan is dat knap ongepast. Maar let er op wie dit moet profeteren: Jesaja. Het is juist Jesaja die bij uitstek spreekt over de Lijdende Knecht en de Dienaar ofwel een slaaf. En opnieuw komen we dan uit bij de Heere Jezus. En nu is je mogelijk bijgebracht dat er in Leviticus 19 en 21 wordt gezegd dat je niet mag tatoeëren. Dat klopt maar ten dele. God verbied nadrukkelijk de naam van de doden op het lichaam van een levende te plaatsen. De Egyptenaren tatoeëerde zich als legitimatiebewijs dat niet zou vergaan, zodat het gemummificeerde lijk in het hiernamaals kon opstaan en er geen verwarring kon bestaan of zij toegang hadden tot deel van de goden. Een andere reden was dat men dit ook deed tijdens de zwangerschap en pubertijd als een teken om boze geesten te weren terwijl je in een kwetsbare fase was. De Kanaanieten lieten na het overlijden van een verwante of vijand een tatoeage plaatsen, zodat de geest van de doden je niet zou herkennen en bezit van je lichaam zou nemen. Tot slot werd het ook gedaan om de goden te eren en gunstig te stemmen. Tegen die praktijken waarschuwt God, dat dit Hem een gruwel is. Een reine mag geen gemeenschap met de dood hebben, andere goden dienen of contact met geesten maken, anders zou je niet in Gods nabijheid, het voorhof mogen komen. Je zou jezelf als het ware een melaatse maken. De Heere Jezus heeft echter de gestalte van een slaaf aangenomen, zegt het Woord van God. Er staat niet dat Hij het kleed van een slaaf heeft aangetrokken, maar het fysieke uiterlijk van een slaaf heeft aangenomen. Het lichaam van een slaaf of meester onderscheid zich niet anders dan door eigendomsmarkeringen. Dat Jesaja of eigenlijk God dit beeld hoogst waarschijnlijk voor ogen heeft, blijkt uit een andere tekst in Jesaja waar over hetzelfde beeld wordt gesproken, maar dan omgekeerd: ‘De een zal zeggen: Ik ben van de HEERE, een ander zal zich noemen met de naam Jakob, weer een ander zal in of op zijn hand schrijven: Van de HEERE, en de erenaam Israël aannemen
.’ Weet je wat het wonder extra groot maakt? Hij heeft je in zijn beide handen gegraveerd. Niet in een zoals bij een slaaf in een hand, maar in beide. In de ene staat Jakob en de ander Israel. De naam Ya-akov is: ‚Ik zal je beschermen‘ en in andere hand van staat Yisra-el: ‚Je hebt je als een vorst Gods gedragen‘. De linker hand houd je verleden en onvolmaaktheid in heden, daar Ya-akov ook bedrieger betekend. In Gods rechterhand staat het heden en de toekomst, want Yisra-el is ook ‚God regeert‘. In Jezus doorboorde handen staat mens en God. Als Gods naam is ‚Ik ben die Ik ben‘, dan zal onze naam zijn ‚Ik ken wie je bent‘. Zijn kinderen zijn zo kostbaar in Zijn ogen, dat Hij beide Zijn handen laat tatoeëren. Hij steekt geen hand je toe om je overend te trekken, nee, beide handen Zijn naar je uit gestrekt. In die uitgestoken handen, ben veilig aan Jezus‘ hart, als Hij je met beide armen omhelst.2c. Verbondssluiting
En dan zien we dat het hier dus een verbond wordt gesloten. De Heere kan zich niet meer losmaken van Israel en Israel niet van de Heere. Want Heere draagt de naam van Zijn volk in Zijn hand, zodat Hij nooit Zijn volk kan vergeten en Zijn volk draagt de naam van de HEERE in hun hand, zodat zij weten ik ben het eigendom van de Heere. {tip id=”255″}Jeremia zegt{/tip} bij herhaling dat Hij de Formeerder is en Zijn volk Zijn eigendom is.{tip id=”256″}Diverse keren{/tip} lezen we dat de Heere Zijn volk als eigendom heeft uitgekozen. Ook vandaag de dag is het niet ongebruikelijk om bij een huwelijk een tijdelijke tatoeage met henna in de handpalm te zetten of minder voorkomend een permanente te plaatsen. Opnieuw bevestigd God dat door middel van Jesaja, als Hij de woorden spreekt, waarmee God mij mee geroepen heeft. De woorden die Gods liefdesbrief is, omdat Hij heeft uitgekozen wie Hij liefheeft: ‘Maar nu, zo zegt de HEERE, je Schepper, Jakob, je Formeerder, Israël: Wees niet bevreesd, want Ik heb je verlost, Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij. Je bent Mijn getuigen, spreekt de HEERE, en je bent Mijn dienaar die Ik verkozen heb, zodat je het weet en je Mij gelooft, en je begrijpt dat Ik Dezelfde ben: vóór Mij is er geen God geformeerd en na Mij zal er geen zijn. Ik, Ik ben de HEERE, buiten Mij is er geen Heiland. Ík heb je geroepen en Ik heb jou verlost, en Ik heb het je doen horen, en er was geen vreemde god onder jullie. Je bent Mijn getuigen, spreekt de HEERE, dat Ik je God ben. Ook voor de dag er was, ben Ik, en er is niemand die je uit Mijn hand kan verwijderen. Ik zal werken, en wie zal het keren?
’ Dat wederzijds bewijs van eigendom doet uitroepen: Ik ben van mijn Liefste en mijn Liefste is van mij .3. De Muren
Tot slot meld onze tekst: Uw muren zijn steeds voor mij. Ik worstelde er mee om deze zin te begrijpen. De voorgaande zin is veel over gezegd door alle eeuwen heen, maar hoewel men deze zin aanhaalt, wordt deze eigenlijk nooit verklaard. De verklaring hiervoor moeten we zoeken in hoe Gods volk naar zichzelf kijkt en hoe God naar Zijn volk kijkt. {tip id=”257″}Petrus zegt{/tip} dat wij levende stenen zijn van de geestelijke tempel van God. En dat is ook precies waar het hier over gaat. Gods volk ziet zichzelf vaak als een ruwe onbehouwen steen. Zij ziet van zichzelf niet hoe mooi ze zijn, omdat ze
Zij ziet van zichzelf niet hoe mooi ze zijn, omdat ze niet weten hoe ze er uit zien als ze gepolijst zijn. Dan glanzen ze. De schoonheid verschijnt pas als ze in de juiste verhoudingen zijn uitgehakt, al het scherpe en onreine er af geslepen is en uiteindelijk is gepolijst en alle schoonheid openbaar komt. Maar hier zegt God niet alleen dat Hij ziet hoe mooi je zult zijn, maar waar je toe zal worden. Een architect kan naar een steengroeve kijken en fysiek ruw gesteente zien, maar in zijn gedachten ziet hij hoe dat ruwe steen in blokken wordt gehakt, geslepen en gepolijst en dan door de bouwers op elkaar worden gemetseld tot een muur. In gedachten ziet hij hoe prachtig het gebouw zal worden. En welk gebouw ziet God dan als Hij naar Zijn kinderen kijkt, welke muren? Dat zegt de Bijbel meerdere keren: een geestelijke tempel die niet met handen is gemaakt. En bij stenen moeten we niet aan onze kleine bakstenen denken, maar aan immens grote blokken. Zou je in een moderne constructie een steen weglaten is er niks aan de hand, maar bij zulke grote stenen verzwakt de gehele constructie als er geen draagbalken zijn aangebracht. En daarin wordt het beeld van de tekst dubbel bevestigd. Je kan een kleine baksteen relatief makkelijk uit een muur peuteren. Je schraap de voeg er uit en de steen schuift er uit. Echter die grote stenen werden gestapeld en daar ging geeneens altijd cement of lijm tussen. Het gewicht van die grote stenen, maakte dat het niet ging schuiven, zonder een stormram of een aardbeving. Een baksteen trek je met je nagels er uit, maar deze stenen krijg je er niet met je nagels uit, zelfs met ijzer gereedschap is dat onbegonnen werk. Maar nu zegt God niet dat die muur al fysiek er is, waar een steen er uit stelen hoegenaamd onbegonnen werk is, maar juist dat Hij het in Zijn gedachten voor Zich ziet. En niemand kan een naam uit iemands gedachten stelen. Dat is volledig onmogelijk. Zo is het absoluut onmogelijk dat God ook maar 1 van Zijn kinderen kan vergeten of gestolen worden.
Slot
Is dat geen troost en zekerheid? God wil je overtuigen, door een steeds grotere onmogelijkheid te maken. Dat moeders hun zogende kind langdurig kunnen vergeten is onmogelijk. Dat er moeders zijn die dat doen, blijkt iedere zomer weer als er een kindje om het leven komt die ze achter hebben gelaten in hun autostoeltje. Maar binnen afzienbare tijd zal die moeder weer aan haar kind denken. Deze belofte van God kan je dus wegtheoretiseren op basis van emotioneel gedrag. Dan spreekt God van een wond, litteken en tatoeage in Zijn hand. En theoretisch kan je met plastische chirurgie en lasertechniek het tegenwoordig verwijderen. Als je Gods belofte dan niet wilt aannemen kan je worden overtuigd met een maatschappelijk voorbeeld, zodat je het zou herkennen. En nog kan je deze belofte van God technisch wegtheoretiseren. Tot slot, maakt God een einde aan je discussie, want het is bijna onmogelijk een bouwsteen te verwijderen, waar God de schoonheid van kent, maar op geen enkele wijze kan je uit Gods gedachten Zijn volk verwijderen. Hoezeer je ook verzet en niet kan ervaren dat God je nooit zal loslaten, hoezeer je tegenstribbel, hoezeer je emoties de overhand laat krijgen of juist rationeel gaat bestrijden, nooit en dan nooit zal Hij je kunnen vergeten. Dat is Liefde! Je kunt God niet verwijderen uit je leven en God kan Zich niet verwijderen uit jouw leven. Dat is Zijn trouw aan een ontrouw volk.
Amen
Apendix
Ik vond het treffend dat een van de aanwezigen bij de nabespreking opmerkte – en ik zeg het even in mijn eigen woorden:
Het is mooi dat het eerste beeld van de zuigeling en de moeder gaat over de gevoelens of wel het hart. Het tweede beeld van de handen refereert aan eigendom en verbond en vooral over het symbool van de dag van de verbondssluiting, wat een rationeel ritueel is (ook al speelt emotie natuurlijk daarin een rol). Dus het verstand. En ten derde is er het voorbeeld van de muren. Dit een sterke en krachtige bescherming en teken en was fysiek zwaar om te bouwen: kracht. De Heere refereert hier aan de {tip id=”182″}shema{/tip}, waar de Heere Jezus als Jood ook aan refereert: U zult de Heere uw God liefhebben met heel uw hart, met heel uw verstand en met al uw krachten. (Dit is het eerste en het grote gebod. Het tweede hieraan gelijk is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee hangen de gehele wet en de profeten. Mattheus 22:36-40)
Bij U ben ik thuis
{youtube}https://youtu.be/Q7URFN9oyz0{/youtube}
Bonus-lied: Only scars in heaven
{youtube}https://youtu.be/BCc7TCmKcwQ{/youtube}
Geef een reactie